Het werken met gemiddeldes is een hardnekkige werkwijze geworden in het onderwijs. Het wordt als belangrijk beschouwd dat je telkens, in eender welke groepering van leerlingen, middelmaten, zwakken en sterken hebt. We zijn er bijna door geconditionneerd. Dat geldt zowel voor een klas van Einsteins als voor een klas van kinderen met het syndroom van Down.
De testpsychologie heeft dit denken in het onderwijs geïntroduceerd. Onder meer de Amerikaan Thorndike toonde zich in de jaren dertig van de vorige eeuw een aanhanger. Bij alle metingen van intelligentie en schoolprestaties moest het gemiddelde centraal staan. Zo kon je kinderen zo efficiënt mogelijk voorsorteren, zodat je tijd wint bij het onderwijzen. Dat vinden we nu nog terug in de rapporten met gemiddelden of medianen. Dit denken strookt niet met een talentenbenadering. Daarbij ga je uit van minimumdoelen, die liefst door zoveel mogelijk leerlingen behaald worden. Voor wie die doelen haalt, kan je dan in uitbreiding voorzien en voor de anderen in remediëring.
Om te genezen van de fixatie op gemiddeldes is er nu een schitterende publicatie beschikbaar van de hand van de Harvard hoogleraar Todd Ross. De titel zegt genoeg: ‘The end of average”. In dit boek maakt de auteur duidelijk tot wat gevaarlijk, onzinnig en soms hilarisch handelen dit middelmaatsdenken kan leiden. Met talrijke voorbeelden laat Ross zien hoe het denken in middelmaten de werkelijkheid vaak vertroebelt. Je moet een individu daarentegen telkens bekijken vanuit een aantal eigenheden als je er mee wil omgaan en zeker als je hem iets wil leren. Ross laat zien hoe het anders kan en hoe je denkend vanuit het individu, veel meer en vooral veel zinvollere informatie kan bekomen bij een interactie of bij het leren en onderwijzen. Dit boek zet je aan om je eigen uitgangspunten eens grondig te herbekijken.
Todd ROSS, The end of average. How to succeed in a world that values sameness. London, Penguin Books, 2015, 246 blz. 19,5 £
Hebben we vorige eeuw (!) ook al niet geijverd om ons vooral te focussen op de evolutie van de jongeren? Eerder dan hen te vergelijken met anderen door gebruik van mediaan en gemiddelden ?